
Gelopen: vrijdag 20 september 2024 Etappe: 21,3 km / Totaal: 346,1 km
Zover het oog reikt zien we op onze wandeling van Bad Bentheim naar Rheine eindeloze percelen met mais. Er wordt in de laatste weken van september overal geoogst want alles moet voor 1 oktober van het land. Dan kan er daarna nog een vanggewas voor stikstofreductie worden ingezaaid. De combines trekken door de immense velden, grote tractoren scheuren ons voorbij om kolossale aanhangers met mais naar de boerderijen te brengen waar het wordt ingekuild. En voor wie nog denkt dat al dat mais voor ons menselijke consumptie zou zijn komt bedrogen uit. In Nederland gaat het voor meer dan 90% om voeder- of snijmais, wat bedoeld is als ruwvoer voor koeien, zowel het melkvee als het rundvee voor de vleesproductie.
Mais is als graansoort, oorspronkelijk afkomstig uit Midden-Amerika. Als plant is mais éénhuizig. De pluim bovenaan is de mannelijke bloeiwijze, de kolf de vrouwelijke. Het verhaal wil dat Columbus de plant mee naar Europa nam. Wereldwijd wordt er meer mais verbouwd dan tarwe of rijst. De Verenigde Staten is met grote afstand de grootste producent. (Ooit bezochten op een trektocht door Amerika we in Mitchell SD een heus ‘cornpalace’, maar dat terzijde) In Nederland gaat het inmiddels om meer dan 200.000 ha. Tja, veel vee betekent dus ook veel mais. Na gras is het het grootste voedergewas voor de boer. Het is ook een makkelijk te verbouwen graansoort. Het heeft niet veel water nodig en stelt weinig eisen aan de grond. Misoogsten komen zelden voor. Het staat met 6 tot 8 rijen per m2 (dat betekent al snel zo’n 60.000 planten per hectare), groeit maar liefst 4,2 cm per dag, en tussen zaai en oogst zitten slechts 120 dagen. Positief is dat de plant veel CO2 opneemt en ook veel zuurstof aanmaakt, beide meer dan een gemiddeld bosperceel. Maar ja, die winst gaat weer verloren als je blad, stengel en kolf verhakseld en als voer weer in het milieu terugbrengt. Daarnaast verdragen maispercelen veel mest. Op de zangronden in Oost- en Zuid-Nederland is er daarom heel veel mest op die landerijen uitgereden met alle gevolgen van dien.
Zoals gezegd, al dat mais dat we zien is bijna allemaal veevoer. Het kleine beetje suikermais vinden we terug in tortilla’s, maisbrood, het oer-Nederlandse pakje maïzena bindmiddel, en in de popcorn als we naar de film gaan. In Amerika maken ze er ook whiskey mee. Wat wel een beetje in opkomst is om de mais met mest te vermengen en zo biogas te produceren.
Was er dan niks anders te melden over onze tocht naar Rheine? Dat het een schitterende nazomerdag was. En we genoten van de uitzichten over de velden. Onze route is niet spectaculair deze etappe. Maar dat komt omdat we echt in twee dagen van Oldenzaal naar Rheine wilden. Wie het wat afwisselender wil kan deze etappe ook voor de Töddenweg kiezen (het verlengde van het Marskramerpad, van Bad Bentheim naar Osnabrück). Dan worden het zo’n 28 km. In Rheine kan weer op intercity naar Nederland worden gestapt, dat kan ook met de Eurobahn (spar-ticket € 6,-) die je in één keer naar Hengelo brengt.
Hier staat de GPX-file voor deze etappe.